Op 30 oktober 2008 hebben de Nederlandse Kantonrechters de zogenaamde Kantonrechtersformule aangepast.

De Kantonrechtersformule is een model tot berekening van de vergoeding die aan de werknemer moet worden betaald bij ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst. Het is geen bindend voorschrift, maar in de praktijk wordt deze formule door vrijwel alle Kantonrechters gevolgd (indien de Kantonrechter een arbeidsovereenkomst ontbindt en aan de werknemer een vergoeding toekent ten laste van de werkgever).

De nieuwe Kantonrechtersformule wordt toegepast in arbeidszaken waarin het verzoekschrift tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst op of na 1 januari 2009 wordt ingediend.

De Kantonrechtersformule ziet er als volgt uit: A (aantal gewogen dienstjaren) × B (bruto maandsalaris) × C (correctiefactor) = bedrag van de vergoeding.

De aanpassingen van de Kantonrechtersformule hebben betrekking op:

  • het wegen van dienstjaren;
  • het feit dat er meer aandacht komt voor bijzondere omstandigheden,
  • het feit dat er meer maatwerk komt voor werknemers die tegen hun pensioen aanzitten en
  • een gewijzigde toepassing van de Kantonrechtersformule bij korte dienstverbanden.

In het onderhavige artikel zal ik het eerste en laatstgenoemde punt nader uitwerken.

Gewogen dienstjaren

Het aantal dienstjaren is van belang bij het berekenen van de omvang van de vergoeding. Tot 1 januari 2009 gold dat ieder jaar dat een werknemer voorafgaand aan zijn veertigste levensjaar bij de werkgever had gewerkt, gelijk stond aan één maandsalaris.

De gewerkte jaren tussen het veertigste en het vijftigste levensjaar stonden gelijk aan anderhalf maandsalaris en voor de gewerkte jaren boven het vijftigste levensjaar werden twee maandsalarissen toegekend. Deze berekening leverde het aantal “gewogen dienstjaren” op.

De Kantonrechters hebben de formule aangepast omdat zij vinden dat de positie van de jongere werknemers op de arbeidsmarkt is verbeterd. Daarom tellen de gewerkte jaren op jonge leeftijd in de nieuwe Kantonrechtersformule minder zwaar mee. De gewerkte jaren op latere leeftijd tellen nog altijd zwaarder, maar de grenzen verschuiven.

Vanaf 1 januari 2009 telt voor een werknemer tot zijn vijfendertigste levensjaar ieder gewerkt dienstjaar bij de werkgever als een half maandsalaris.

Tussen het vijfendertigste en het vijfenveertigste levensjaar telt ieder gewerkt jaar bij de werkgever voor één maandsalaris.

Van het vijfenveertigste tot het vijfenvijftigste levensjaar telt ieder dienstjaar bij de werkgever voor anderhalf maandsalaris.

Vanaf het vijfenvijftigste levensjaar geldt ieder gewerkt dienstjaar bij de werkgever voor twee maandsalarissen.

Toepassing van de Kantonrechtersformule bij korte dienstverbanden

De Kantonrechtersformule geldt ook voor korte dienstverbanden.

Let op: bij een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd waarin geen tussentijdse opzegmogelijkheid is opgenomen, is de vergoeding in principe gelijk aan het salaris over de nog resterende looptijd van de arbeidsovereenkomst.

Indien er wél een tussentijdse opzegmogelijkheid is bedongen, wordt de vergoeding op een normale manier berekend, zoals hiervoor aangegeven. Voor werkgevers geldt dan ook dat het na 1 januari 2009 nog belangrijker wordt om in de arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd een tussentijdse opzegmogelijkheid op te nemen.

Dit artikel is geschreven door Maud Murrer. Graag is zij bereid u te adviseren over arbeidsrechtelijke vraagstukken, waaronder het opstellen van arbeidsovereenkomsten met daarin opgenomen een tussentijdse opzegmogelijkheid, alsmede het begeleiden van ontbindingsprocedures bij de Kantonrechter.


Vorige ACTUALITEITEN

Blijf op de hoogte

Abonneren op de RRA nieuwsbrief

Aanmelden nieuwsbrief
Gerelateerde info

Onze advocaat

Maud Murrer
Maud Murrer
Deze site maakt gebruik van Cookies. x